deel 1 – kUNST leren en werken
Het eerste deel van kUNST leren en werken is voor de leerjaren 1 voor zowel de twee dimensionale als de drie dimensionale kunstvakken.
In het voortgezet onderwijs volgt de leerling een kunstvak als regulier vak. De meeste scholen in Nederland bieden tevens een kunstvak als examenvak voor de leerlingen. Dat schept verplichtingen voor de lesstof in de onderbouw.
Deel 1 – kUNST leren en werken introduceert het kunstvak als een algemeen vormend vak gericht op het produceren van werkstukken a.d.h.v. een goed voorbereid proces door de leerling enerzijds en de kleurrijke en fascinerende wereld van de beeldende kunst anderzijds. De leerling leert (kritisch) kijken naar eigen werk, werk van klasgenoten en werk van professionals.
De werkopdrachten worden thematisch aangeboden met een stukje lestheorie, opdrachtomschrijving, huiswerkopdrachten en kunstbeschouwing. Daarnaast wordt lesstof aangeboden rondom een specifiek beeldaspect: RUIMTE – KLEUR – LICHT etc. De opdrachten zijn gerubriceerd naar de waarneming, de fantasie en de toepassing van het onderwerp.
Deel 1 legt de basis voor de delen 2 en 3.
kUNST leren en werken
De samenstellers van kUNST leren en werken trachten met deze uitgave de docenten van de kunstvakken en hun leerlingen een helpende hand te reiken in de lesuren waarin de leerlingen gevraagd worden naar oplossingen te zoeken voor problemen op het twee dimensionale vlak (tekenen) en / of het driedimensionale vlak (handenarbeid).
In deze methode zijn die vakken geïntegreerd en samengevat onder de noemer KUNST.
kUNST leren en werken
De wijze waarop in deze methode de onderwerpen aangeboden worden, activeert de leerling deel te nemen aan het proces van onderzoek en stimuleert haar/hem naar het zoeken van een persoonlijke keuze. De docenten kunnen naar believen gebruik maken van de onderwerpen die in deze methode aan de orde worden gesteld, de volgorde van de onderwerpen staat niet vast; alternatieve onderwerpen kunnen worden aangeboden met behoud van lesinhoud, doelstelling, werkwijze en reflectie.
Deze methode geeft de leerlingen voldoende voorbereiding om aan het eind van het derde leerjaar de stap te maken naar de bovenbouw met een kunst- en cultuurvak. De opgedane vaardigheden, beeldend en reflectief, zelfstandig oplossingsgericht werken en procesmatige en productieve vormgeving zijn hoewel basaal dermate dat een gemotiveerde keuze voor een kunstvak kan worden gemaakt.
Kortom: met deze methode heeft de leerling een uitstekende basis voor een eindexamen in een kunstzinnig vak, CKV of KUA.