deel 3 – kUNST  leren en werken

Het derde deel van kUNST  leren en werken is voor de leerjaren 3  voor zowel de twee dimensionale als de drie dimensionale kunstvakken. 

Deel 3 – kUNST  leren en werken completeert de methode. Met deel 3 sluit de leerling de lessen in de beeldende vakken in de onderbouw af. Evenals de vorige delen 1 en 2 blijft de structuur van de opdrachten hetzelfde. Van de leerling wordt in deel 3 een groter (technisch) inzicht en persoonlijke stellingname gevraagd. De opdrachten nodigen verder uit tot een extra investering in tijd en aanpak bij de verwerking en uitwerking maar ook tot een verdieping in het werk van kunstenaars en hun intenties. De leerling leert en ervaart dat kunst niet een geïsoleerd fenomeen is maar een wezenlijk onderdeel van onze samenleving en identiteit.

De leerling heeft op het einde van het derde jaar een gedegen basis om gemotiveerd te kiezen voor een beeldend vak in de bovenbouw. Het advies van de docent draagt hier meer dan substantieel aan bij. De voorlichting van wat een kunstvak in de bovenbouw behelst ligt bij u. Wij hopen dat deze methode daarbij een ondersteuning was en dat die mede heeft geleid tot het wekken van het enthousiasme van de leerling voor de kunstvakken.

kUNST  leren en werken

De samenstellers van kUNST  leren en werken trachten met deze uitgave de docenten van de kunstvakken en hun leerlingen een helpende hand te reiken in de lesuren waarin de leerlingen gevraagd worden naar oplossingen te zoeken voor problemen op het twee dimensionale vlak (tekenen) en / of het driedimensionale vlak (handenarbeid).

In deze methode zijn die vakken geïntegreerd en samengevat onder de noemer KUNST.

deel3
art006

kUNST  leren en werken

De wijze waarop in deze methode de onderwerpen aangeboden worden, activeert de leerling deel te nemen aan het proces van onderzoek en stimuleert haar/hem naar het zoeken van een persoonlijke keuze. De docenten kunnen naar believen gebruik maken van de onderwerpen die in deze methode aan de orde worden gesteld, de volgorde van de onderwerpen staat niet vast; alternatieve onderwerpen kunnen worden aangeboden met behoud van lesinhoud, doelstelling, werkwijze en reflectie.

Deze methode geeft de leerlingen voldoende voorbereiding om aan het eind van het derde leerjaar de stap te maken naar de bovenbouw met een kunst- en cultuurvak. De opgedane vaardigheden, beeldend en reflectief, zelfstandig oplossingsgericht werken en procesmatige en productieve vormgeving zijn hoewel basaal dermate dat een gemotiveerde keuze voor een kunstvak kan worden gemaakt.

Kortom: met deze methode heeft de leerling een uitstekende basis voor een eindexamen in een kunstzinnig vak, CKV of KUA.